Voordat een werknemer bij zijn werkgever vertrekt, zal hij normaliter alle bedrijfseigendommen moeten inleveren. Het inleveren van bedrijfseigendommen levert soms problemen op, met name als het gaat om (digitale) gegevens die toebehoren aan de werkgever.
Niet alleen de werknemer moet uitkijken dat hij geen bedrijfsgeheime gegevens van zijn oud-werkgever meeneemt, ook de nieuwe werkgever van deze werknemer moet op zijn hoede zijn. In dit artikel gaan we in op de mogelijke aansprakelijkheid van zowel de ex-werknemer als de nieuwe werkgever van de vertrokken werknemer.
Verantwoordelijkheden van de oud-werknemer
Wat mag wel?
Ook hier geldt het uitgangspunt dat een werknemer in beginsel vrij is om bij een andere werkgever in dienst te treden of voor zichzelf te beginnen en zijn voormalig werkgever te beconcurreren.[1] Afhankelijk van hoe deze concurrentie vorm krijgt, kan deze echter wel onrechtmatig zijn.
Wat mag niet?
Voorheen werden grofweg twee vormen van onrechtmatige concurrentie onderscheiden;
- Evidente onrechtmatigheid; hiervan is sprake indien de oud-werknemer zich schuldig maakt aan zaken als bestelen, saboteren of bespioneren van zijn ex-werkgever; en
- niet evidente onrechtmatigheid; hiervan wordt gesproken wanneer de voormalig werknemer zich schuldig maakt aan:
- het gebruiken van vertrouwelijk aan hem verstrekte hulpmiddelen of kennis;
- om stelselmatig en substantieel;
- het bedrijfsdebiet van zijn voormalig werkgever af te breken.
De grens kan lager liggen als er sprake is van bijkomende omstandigheden.[2] Het beperken van de vrijheid van arbeidskeuze van de werknemer is geoorloofd wanneer het belang van de werkgever tot bescherming van zijn bedrijfsdebiet zwaarder weegt dat het belang van de werknemer.[3]
Duidelijk is dat onder de Wbb het i) bestelen, saboteren of bespioneren van zijn ex-werkgever en ii) het gebruiken van vertrouwelijk aan hem verstrekte hulpmiddelen of kennis op zichzelf al onrechtmatig is. Het ligt dus voor de hand dat de werkgever naast een beroep op onrechtmatige concurrentie ook altijd een beroep zou moeten doen op inbreuk op de Wbb.
Verantwoordelijkheden van de nieuwe werkgever
Een oud-werkgever kan in bepaalde gevallen ook de nieuwe werkgever van zijn voormalige werknemer aansprakelijk stellen voor het gebruik van zijn bedrijfsgeheime informatie. Dit kan de oud-werkgever doen op basis van de Wet bescherming bedrijfsgeheimen. Hierin is de grondslag die voorheen gold sterk hervormt, waardoor het aanspreken van concurrenten een stuk gemakkelijker is geworden.
Nieuw wettelijk kader
Onder de oude wettelijke kaders was voor profiteren van wanprestatie vereist dat er bijkomende omstandigheden waren, van de zijde van de nieuwe werkgever, die het profiteren onrechtmatig maakte. In de MvT bij de Wbb wordt duidelijk aangegeven dat deze bijkomende omstandigheden voor een beroep op artikel 2 Wbb niet meer vereist zijn.[4]
Het verkrijgen, gebruiken of openbaar maken van een bedrijfsgeheim is namelijk op zichzelf een onrechtmatige gedraging “wanneer een natuurlijke persoon of rechtspersoon op het moment van verkrijgen, gebruiken, of openbaar maken, wist, of gezien de omstandigheden, had moeten weten dat het bedrijfsgeheim werd verkregen van een ander die het bedrijfsgeheim op een onrechtmatige manier gebruikte of openbaar maakte”.[5]
Dit wetenschapsvereiste lijkt een onderzoeksplicht vanuit de ontvangende derde te impliceren. De ontvangende derde is in dit geval de nieuwe werkgever. Bij de vraag of de nieuwe werkgever de bedrijfsgeheime informatie van de oude werkgever heeft gebruikt, kan meespelen dat het voor de nieuwe werkgever haast onmogelijk is om zonder kennis van het bedrijfsgeheim van de oude werkgever een product te produceren.[6]
Meer informatie over bedrijfsgeheimen
Voor meer informatie over wat bedrijfsgeheimen zijn, wanneer er inbreuk op wordt gemaakt en welke stappen u kan ondernemen, kan u dit uitgebreide artikel lezen.
Neem vrijblijvend contact op
Louwers IP&Tech Advocaten heeft de afgelopen jaren veel bedrijven en oud-medewerkers bijgestaan in procedures over over bedrijfsgeheimen. Heeft u vragen over bedrijfsgeheimen of denkt u dat iemand inbreuk maakt op uw bedrijfsgeheimen? Neem dan vrijblijvend contact op met Frank Rutgers.
[1] Vgl. artikel 19 lid 3 Gw.
[2] HR 9 december 1955, NJ 1956/157, herhaald in onder meer Rb. Leeuwarden 10 oktober 2012, ECLI:NL:RBLEE:2012:BX9971.
[3] C. Mak, AA 2003/6.
[4] Kamerstukken II 2017/18, 34821, nr. 3, p. 18 (MvT)
[5] Artikel 2 lid 3 Wbb.
[6] HR 28 september 2018, ECLI:NL:HR:2018:1775, r.o. 5.1.7 (Dow/Organik).